7 tips als je rentevaste periode afloopt

Loopt de rentevaste periode van jouw hypotheek binnenkort af? Hier vind je 7 tips.

Rechts vind je een overzicht van de tips op deze pagina.

1. Zoek uit wat de actuele rentetarieven zijn

Je kunt met je huidige hypotheekverstrekker bespreken wat de mogelijkheden zijn. Welke rente wordt daar gevraagd bij welke rentevaste periode? Wat is je huis inmiddels waard, en kun je daardoor een beter tarief krijgen? Heb je een betaalrekening die korting geeft op de hypotheek? Is de hypotheekvorm die je nu hebt en het bedrag nog passend bij jouw situatie?

Zoek ook uit wat de rentetarieven van andere aanbieders zijn. Vergelijk dit met de tarieven van je huidige hypotheekverstrekker.

2. Minder of geen renteopslag als je huis meer waard is

Vaak betaal je extra rente als je hypotheek hoog is in vergelijking met de waarde van je huis. Dat is de zogenaamde renteopslag. Vraag bij je hypotheekverstrekker of je nu een renteopslag betaalt. Deze opslagen kunnen voor een deel of helemaal vervallen als je huis intussen meer waard is, of als je hebt afgelost. Je kunt kijken naar de WOZ-waarde van je huis op je aanslag gemeentebelastingen. Je kunt ook een taxatie laten maken.

3. Overweeg een overstap

Je kunt meestal boetevrij overstappen naar een andere hypotheekverstrekker. Kijk hiervoor in de voorwaarden van je hypotheek. Houd er wel rekening mee dat je dan te maken krijgt met andere kosten. Zoals advies- en bemiddelingskosten, taxatiekosten en hypotheekaktekosten. De notaris kost je circa €1.000, het advies kost je tussen €1.500 tot €3.000. De advieskosten kun je wel aftrekken bij je belastingaangifte. Reken uit of de overstapkosten de moeite waard zijn in verhouding tot de rentebesparing.

4. Vraag om financieel advies

Ga je naar de adviseur die je heeft geholpen bij het afsluiten van de hypotheek? Dan hoef je meestal niet te betalen voor advies. Je hebt er toen namelijk al voor betaald. Check dit voor je om advies vraagt. Als je echt iets gaat veranderen aan je hypotheek is het advies waarschijnlijk niet gratis.

5. Reken jezelf niet rijk

Reken uit hoeveel je netto minder uitgeeft aan je hypotheek. Door de hypotheekrenteaftrek is dit een stuk minder dan het bedrag dat je bruto meer of minder gaat betalen. Denk er ook aan dat de hypotheekrenteaftrek de komende jaren steeds minder wordt.

6. Denk na over wat je met je geld doet 

Zet je inkomsten en uitgaven op een rij. Hou je door je lagere maandlasten geld over? Bedenk wat je met dit geld doet. Wil je extra sparen, stel dan een maandelijkse overboeking in naar een spaarrekening. Je kunt ook extra aflossen op je hypotheek. Of kijk of je het kunt gebruiken voor extra pensioen. Vaak krijg je daar ook nog belastingvoordelen bij.

7. Voorkom dat je een naheffing van de Belastingdienst krijgt

Met een voorlopige teruggave krijg je de hypotheekrenteaftrek verspreid over het jaar op je rekening gestort. Hoeveel je terugkrijgt van de Belastingdienst hangt af van je rentekosten. Als die dalen, krijg je ook minder renteaftrek. Pas je voorlopige teruggave aan om te voorkomen dat je na je definitieve belastingaangifte een naheffing krijgt.